Een goede verlichting in je huis is erg belangrijk. Het laat je interieur wat jij zorgvuldig hebt uitgekozen veel beter uitkomen. Als het donker is, is het prettig om een goede verlichting te hebben. Je beweegt je fijner in een ruimte die goed verlicht is. Je hoeft niet een andere zitplek op te zoeken om je boek goed te kunnen lezen. Een mooie armatuur (hoe de lamp eruit ziet) geeft ook net dat ene mooie detail aan je interieur.
En toch kiezen we verlichting vaak als sluitstuk van ons interieur. Als we verhuizen kiezen we eerder nieuwe meubels dan een passende verlichting. Ik kom soms wel interieuradviezen tegen waar de verlichting helemaal niet is meegenomen! En daar zit je dan in je nieuwe huis of je verbouwde woning met mooi gestuukte wanden maar geen passende verlichting. Dan krijg ik vaak de vraag ‘de verlichting klopt niet, de verlichting is ’s avonds onprettig, we zitten in het donker of we hebben teveel verlichting. Wat nu?’
Misschien herken je jouw woonsituatie wel in bovenstaande opmerkingen. In deze blog ga ik in op een aantal veel gemaakte ‘fouten’ bij de verlichting en waar je op kan letten bij het aanschaffen van de juiste lampen.
De verschillende lichtbronnen in je huis kan je verdelen in directe of indirecte verlichting.
Direct licht is een lamp waarbij je in de lichtbron kijkt. Zoals de glazen bollampen (linkerfoto) die je momenteel veel ziet. De lamp is vaak van helder glas en je kan er een lichtbron in draaien die helder licht geeft of wat warmer (geler licht geeft).
Teveel lampen met direct licht in je huis zorgen voor lichtvlekken in je interieur. Je creëert daarmee ook harde schaduwen en een onrustig beeld. Zet zo’n glazen bol lamp maar eens achter een bank dan zie je wat het effect is en dat het licht veel rustiger wordt voor je ogen.
De rechter foto is de lamp van Pulpo furniture de Oda lamp met gerookt glas. Je ziet al dat de lichtbron hier verdoezeld is en een prettigere lichtverspreiding geeft.
Een ander lichtprobleem wat ik vaak tegenkom is teveel indirecte verlichting in de woonkamer. Een voorbeeld hiervan zijn de ledstrips. Soms kom ik in woonkamers waar alleen maar gekozen is voor ledstrips aan het plafond of in de kasten of achter de bank.
Teveel indirect licht maakt dat er geen accenten meer zijn in een woonruimte. Alles wordt egaal verlicht maar dat maakt ook je interieur heel vlak. Een interieur maak je juist spannender door lichtaccenten aan te brengen. Ledstrips met warm licht geven veel geel licht wat ervoor zorgt dat de kleuren in je interieur niet mooi uitkomen. Dit creëer je ook met teveel lichtbronnen die geel warm licht geven. Denk aan de lampen met zo’n mooie kooldraadverlichting erin. Heel mooi en tegelijk ook heel warm, gelig licht. Gebruik je alleen maar deze lichtbronnen dan zorgt dat ervoor dat de kleuren van je meubels of de wanden vervlakken.
Zorg in je interieur voor een goede mix van directe en indirecte verlichting. Let daarbij ook op de functie die je wilt dat een lamp heeft. Denk aan een leeslamp, wat een direct functioneel licht moet geven. Een lamp met een kap eromheen of een wandlamp wat licht geeft naar boven of beneden is een indirect licht wat zorgt voor sfeer.
Loop door je woonkamer heen en teken op een A4 tje uit wat voor soort verlichting je op welke plek wilt hebben. Zoek daar een mooie lamp bij uit. Dan ben je al een heel eind in de goede richting!
Vind je het toch prettiger als er iemand met je meedenkt over een passend lichtadvies voor jouw huis? Dit kan in een bestaande woning zijn of woning dat nog gebouwd gaat worden. Ik geef lichtadvies op locatie.
Een lichtadvies kan een mondeling advies zijn van 1,5 uur. Dan maak ik een schetsplattegrond en geef ik tips en adviezen waar je zelf mee aan de slag gaat. Ik kan ook het plan verder uitwerken met advies voor passende lampen binnen jullie stijl en budget en een plattegrond op maat verder uitwerken. Lees meer over de mogelijkheden die ik bied voor een lichtadvies.